Konijn(tje)

Een hagelwit konijn,
rechtop staande oren
kijkt recht vooruit,
geboeid door iets onbekends
voor de voorbijgaande toeschouwer.
Konijn is waakzaam,
riekt en ziet mogelijk gevaar
of kijkt puur toevallig
net die kant op,
niets anders om de oren,
een beetje verloren
in deze omgeving,
maar wie vermag de drijfveren
van een konijn te onderkennen?
Konijn mist zijn speelkameraadjes
samen heerlijk onbesuisd rondrennen,
over elkaar heen tuimelen
zich samen tegoed te doen
aan zongedroogd gras,
groenvoer en weggegooid fruit.
Of zou iemand dit witter-dan-witte konijn
uit de Hoge Hoed getoverd hebben?
Een beursmakelaar van een zakenbank
die zijn collega’s of cliënten
wilde demonstreren tot welke topprestaties
zij of hij in staat is?
Dit is bij de konijnen af.

Beelden verwekken verzen – juli 2019
Beeldenroute Art Zuid Amsterdam
Gedicht 25 september 2019