Black Friday

Weer zo’n verrijking van onze taal
met een begrip uit de Nieuwe Wereld,
een super koopdag voor consumenten met centen.

Nog nooit durfde men in ons landje
het taaleigen woord Zwarte Vrijdag
voor dit koopfestijn ingang te doen vinden.

Te groot de vrees voor negatieve associaties
met Zwarte Donderdag,
die beruchte donderdag 24 oktober ’29
toen de aandelenbeurs van New York in elkaar zakte,
een ontplofte bubbel avant la lettre,
begin van een wereldwijde economische crisis
met dito ellende, wereldwijd.

Daarmee nog niet genoeg:
onze taal bezit meer beeldende uitdrukkingen
die geen op verkoop belust bedrijf
wil meenemen in zijn marktbewerking,
zoals een zwarte dag, zwart zien,
op zwart zaad zitten, zwarte kringen
onder de ogen hebben,
de Zwarte Dood, op een zwarte lijst staan,
zwarte markt, zwart geld.

Liever Black Friday from USA,
met superaanbiedingen,
met ongekende voordeeltjes
voor wie in koopfabels gelooft.

Je moet er echt gebruik van maken
anders ben je toch een dief
van eigen portemonnee,
toch? Black Friday, een zwarte vrijdag.

Project “Uit de lucht gegrepen”, 25 november 2021